LOGBOEK FEBRUARI 2008

 Januari
2008
 
Maart
2008
Vrijdag 1Bord à bord maar weer wat verder 'op'. In de buurt van Macon zijn we dan toch aan de reis: maandag in Gray koolzaad laden voor Sète. Qua vracht geen hoogvlieger, en qua jaargetijde vast niet verstandig, maar voor de buren is het voorlopig misschien wel de laatste keer: in september moet de oudste naar het internaat. Om zondag vrij te hebben gaan we 's avonds maar wat langer door. Tijdens het koken speel ik verstoppertje (nooit gedacht dat dat mogelijk was in ons roefje!) en hijs broeken op. Dan eten de vrouwen en kinderen aan tafel, en de mannen in de stuurhut. Boven theedrinkend vliegen de laatste donkere uurtjes vervolgens voorbij.

Zaterdag 2Beneden Auxonne gaan we toch maar uit elkaar… Thijs pakt de stopwatch er eens bij: vanaf het moment dat ik aan de slang draai tot we aan de bovenkant uitvaren duurt 27 minuten. Vroeger, toen hier nog een sluismeester zat die de sluis voor je klaarzette, en iedere deur nog twee verlaten had, deed je er nog geen tien minuten over. De insteekhaven in Gray is niet zo klein als hij lijkt: we passen zonder ballast achteruit onder de brug door en achteraf blijk je binnen zelfs rond te kunnen.

Zondag 3Een gezellige, zonnige boswandeling, dertien kilometer deze keer. Hier wordt dan ook niet gejaagd. Wel gezaagd, maar dat levert alleen maar extra speelplezier op, voor kleine én grote kinderen. Net als de riviertjes die we over moeten steken, en de modderpoelen…

Maandag 4Wij krijgen er 253 ton koolzaad ingepropt. De buren stoppen maar bij 270 ton, omdat ze anders ondanks het winterpeil nog te diep komen voor de Petite-Saône. Op jaarbasis gaat dat cubageverschil toch wel doortellen, zien we als we onze vervoerscijfers vergelijken. Door de den een paar decimeter te verhogen zouden we een hoop kunnen verdienen. Op zich kost zo'n ingreep niet zoveel. Maar dan wil ik die slecht geklonken bulb ook vervangen hebben. En daar hangt alweer een ander prijskaartje aan. Volgende probleem: zijn onze luiken dan nog wel te tillen? Want in tegenstelling tot de Franse collega's krijgen wij geen subsidie op schuifluiken. En ja, mooier wordt het schip er ook niet van, en vaartechnisch gezien ook niet praktischer…

Dinsdag 5Pitstopje in Saint-Jean de Losne, om onze nieuwe 'solenoid' op te pikken, zodat Thijs de motor niet meer iedere avond in de machinekamer uit hoeft te zetten. Kunnen we ook meteen onze provisie betalen, en provianderen.

Woensdag 6Via kennissen horen we dat een van mijn foto's in de Agenda du marinier voor de (hoog)nodige opschudding gezorgd heeft. Naar aanleiding van dat plaatje van twee schuinhangende spitsen naast elkaar in het canal d'Heuilley zou een verantwoordelijke VNF'er namelijk opgemerkt hebben: 'Tjonge, wat zijn die schepen slecht geladen…' Dus zetten we de hele serie nog maar eens online, op www.picaro.nl/marnealasaone, zodat onze Franse collega's (zowel de varende als de schrijvende ;-) aan VNF kunnen laten zien dat het niet de schíppers zijn, die hun werk niet goed gedaan hebben…

Donderdag 7Ten zuiden van Lyon begint het echt lente te worden: de warmtewisselaar kan 's middags uit, de ramen gaan open, de honden strekken zich behaaglijk uit in het zonnetje, af en toe landt er een bij op de luiken… en de buurvrouw niest zich te pletter.

Vrijdag 8Saint-Vallier scoort bij ons hoog op de lijst van ideale overnachtingsplaatsen: twee paaltjes met een bruggetje naar de wal, een grasveldje om de honden even snel uit te laten, maar ook genoeg mogelijkheden voor een langere wandeling, aan de overkant van de weg een bakker, huisarts, apotheek… Van al die voorzieningen wordt deze keer gebruik gemaakt. Voor andere noodgevallen zitten er, even dichtbij, een dierenarts, postkantoor, bank, kiosk en diverse eetgelegenheden.

Zaterdag 9Grrr, prachtig weer buiten, en ik zit binnen voor m'n scherm over de berekeningen en plannen van VNF te mopperen. De komende jaren willen ze vooral in de grote vaarwegen gaan investeren, omdat daar de meeste groei in zit: in tonkilometers gemiddeld zo'n 48 procent over de afgelopen tien jaar, tegenover vijf procent op de spitsenvaarwegen. Ja, geen wonder, in de jaren negentig was er echt niets te doen in het Seine- en Rhônebassin, dus als je daar vanuit gaat betekent ieder nieuw transport tientallen procenten groei. Verderop wordt ook nog fijntjes aangegeven dat het aantal spitsen in diezelfde periode met bijna twintig procent verminderd is. Dat we dan toch nog vijf procent meer vervoerd hebben over die steeds ondieper wordende vaarwegen, kan m.i. alleen maar betekenen dat we juist hartstikke dynamisch zijn en dat er dus volop in de Freycinetkanalen geïnvesteerd zou moeten worden! Als opkikker vertaal ik daarna nog maar even de ondertitels van een promotiefilm van de buurvrouw over de spitsenvaart in het Frans.

Zondag 10Zomers weer nu, dus aan Palavas stap ik er in de porte de garde met fiets, hond en camera vanaf, om bij Caramuse weer aan boord te komen. Onderweg veranderen de plannen echter: buurman heeft het lumineuze idee om op het-plekje-aan-zee te blijven liggen en een kampvuur te bouwen. Dat je daar geladen meters van de kant blijft is, met een touwtjesaannemer op de wal en autokraan om de loopplank uit te leggen, geen probleem. En dat we twee breed het hele kanaal afsluiten is ondanks die 112 procent toename van het vervoer in het Rhônebekken ook al geen punt, want de hele middag komt er geen kip langs.

Maandag 11'C'est dur d'obtenir un planning au pays du soleil' lachte een Franse collega gisteren. Zeg dat wel. Toen buurman de eerste keer over deze reizen belde was het maandag lossen. Toen we aannamen werd het woensdag lossen. Vrijdagmorgen was het weer maandagmorgen lossen, vrijdagmiddag misschien maandagmiddag. Als Thijs aan Caramuse nog een keer belt zeggen ze dat het definitief woensdagmorgen zes uur wordt. Ondertussen heeft buurman toevallig ook gebeld, en vernomen dat ze er vandaag nog wat uit willen halen bij ons, en de rest woensdagochtend… Dat blijkt nog waar ook. Als we van de roro-kade naar de ertegenover gelegen loskade drijven krijgen we van de capitainerie op ons kop dat we dat niet gemeld hebben. Pfff, als in Rotterdam ieder binnenvaartschip elke beweging moest melden konden ze daar wel een kantoor zo groot als hier de hele haven neerzetten…

Dinsdag 12Schitterend weer, dagje vrij, kortom de perfecte gelegenheid om het achterland eens in te gaan. Dus route uitgestippeld, motor aan de wal gehesen, boterhammen gesmeerd, tassen gepakt, kinderen aangekleed, motorpakken aangetrokken, honden in de auto… en dan krijgt de buurman telefoon: vanmiddag om twee uur lossen. Grrr…'En de Picaro dan, die is toch ook nog niet leeg?' 'Uh, daar weet ik niks van, dat moet ik even navragen.' Dus om twee uur liggen wij weer onder de pijp. En naast een behoorlijk lekkende koolzaadolieleiding, waar gisterenmiddag een zeebootje uit geladen heeft. Er waait net wat olie aan boord, dus hangt Thijs er maar een poetslap over. Om kwart voor twee komt de eerste havenwerker aangeslenterd, tilt de poetslap op, krijgt een straaltje olie in z'n gezicht, pakt z'n GSM, en gaat weer weg. Vijf minuten later komt de tweede, tilt de poetslap op… Dat gaat zo anderhalf uur door: dan komt er toch een autootje van de reinigingsdienst om de put, waar de meeste olie in terecht gekomen is, leeg te pompen. De buren komen overigens niet meer leeg. Au pays du soleil…

Woensdag 13Allebei leeg, dus kunnen de mannen weer eens met hun Jeanine's, Liliane's, Francesca's en Jocelyne's gaan bellen. Eind volgende week, of begin van de week daarop, komt er een fatsoenlijk betaalde reis naar Gelsenkirchen. Maar ja, wat doet de Rhône in de tussentijd. Eerder laden kan niet. En twee reizen ook niet. De clinker ligt nog voor onbepaalde tijd stil door problemen bij de fabriek. Voor de 'blé dur' hebben we nog liefhebbers voor ons. En leeg terug is nu wel erg ver. Tja, dan nog maar een keer naar de waterstanden kijken en een reisje rode ballast aannemen. En dan wegwezen: genieten van de eerste bloesem, mimosa, wijn- en olijfgaarden, platanenlanen, cipressen, landhuizen, de Pont du diable, Grotte de Clamouse en het waterrrijke dorpje St-Guilhem le Désert.

Donderdag 14We hadden gehoopt vandaag of morgen nog te kunnen laden, want in de tweede week van maart moeten we eigenlijk in Parijs zijn, voor de transportbeurs SITL. En bij voorkeur al leeg. Maar de laadsteiger is pas maandag weer vrij. Dus alle tijd om het ruim te vegen, de stad in te gaan…

Vrijdag 15Thijs heeft op internet een wandelroute gevonden bij het Cirque de Navacelles, een diep uitgesleten oude rivierbocht, met in het midden een lief dorpje. De rit naar het uitzichtpunt, ons vertrekpunt, is op zich al erg mooi: bosrijke hellingen, dorre hoogvlaktes en diepe dalen met ijzige haarspeldbochten. Ongeveer halverwege onze wandeltocht ligt de sprookjesachtige Moulin de Lafoux. Een middeleeuwse graanmolen, waar het water op allerlei manieren door en langs kolkt, diep verscholen in de kloof van de Vis. Die hier, na een aantal kilometers ondergronds gestroomd te hebben, weer aan de oppervlakte komt. Van de molen loopt een leuk pad door het groene Visdal naar het dorp. Helaas moeten we wel flink doorstappen, want op het eind krijgen we nog een steile klim, die we met de kinderen liever niet in het donker doen. Maar met een paar denkbeeldige everzwijnen achter ons aan komt dat wel goed ;-) Navacelles blijkt een prachtig oud dorp, met een fraaie stenen brug. De verlatenheid die de omgeving in deze tijd van het jaar uitstraalt maakt het alleen maar mooier. Terwijl we omhoog slingeren gaan er in het schemerige dal hier en daar gele lantaarntjes branden en krijg je steeds meer het gevoel naar een maquette te kijken, in plaats van naar echte huizen. Het laatste stukje doen we bij maanlicht.

Zaterdag 16Met z'n allen naar de puces in Palavas. Een leuke rommelmarkt, en groot genoeg om een kleintje even uit het oog te verliezen… Aansluitend bezoeken we een modelbouwbeurs. De fantasyfiguren en militaire voertuigen spreken me niet zo aan, een prachtig gedetailleerd uitgevoerde 'scene' van een oude vrachtauto die tegen een lage brug is gereden en een deel van zijn lading verfblikken heeft verloren wél. Na een broodje aan het strand gaan we weer terug naar Sète. Waar inmiddels een straf windje staat, waardoor we de hele avond en nacht lekker liggen te rollen op de roro-steiger.

Zondag 17De wind en grijze lucht weerhouden ons niet van een bezoekje aan de rommelmarkt in Sète. En ook al niet van een tochtje naar Villeveyrac, waar we weer een kilometer of dertien lopen… rond de mijn waar 'onze' bauxiet morgen vandaan komt! Het wandelgezelschap is deze keer nog uitgebreid met collega's die in Avignon liggen en hun hond. Als we 's avonds met z'n allen aan boord willen gaan eten treffen we natuurlijk net een nieuwe portier, die ons niet het haventerrein op wil laten. Maar ook de vaste mannen snappen na een week vast nog steeds niet wie nou bij wie en welk vervoermiddel hoort ;-) Pech, moeten ze die lastige spitsenschippers ook maar in de stad leggen!

Maandag 18Het waait nog steeds behoorlijk. Af en toe springt er een golfje over de dijk die ons van de Middellandse Zee scheidt. Hoewel we op de laadsteiger pal aan lager wal liggen valt het landen en laden wel mee. Al hebben we met die dwarswind nu zowel voor als achterop stof. Maar onze trubbels vallen in het niet bij die van de wijntanker die bij het binnenlopen van de haven naast ons met wind en stroom achterop motoruitval krijgt, bij het ankeren een stel kabels oppikt, vervolgens een hele tijd op assistentie moet wachten omdat hij geen sleepboot nodig dacht te hebben, wat hem dus nog herhaaldelijk door de capitainerie ingewreven wordt, ondertussen een veerpont het uitvaren belettend… Om met de loods te spreken: 'Le meilleur scénario possible'.

Dinsdag 19Arme Kia, maar één sluis op haar achtste verjaardag. Gelukkig mogen we van Beaucaire aan de jachtensteiger overnachten, zodat ik 's avonds nog met de viervoeters de wal op kan.

Woensdag 20Poetsdag. Buurman boent zich zelfs een blaar, bij het verwijderen van de laag bauxiet, kolen, soja en zout die we tijdens ons weekje Port de Sète verzameld hebben.

Donderdag 21Computerdag. Boven hoor ik de mannen tegen elkaar opbieden, '6,7', '6,8', '7,0!', als ze weer eens aan het experimenteren zijn welke kant van de rivier het beste loopt. Tot de dieptemeter daar abrupt een einde aan maakt. Of een afvarende tanker zich het apelazarus schrikt: er tussendoor zijn ze hier nog niet gewend. Maar op de Rijn zul je weer niet vaak 's nachts om half drie op de marifoon horen zeggen 'Aan Ancône moet je even afstoppen, want daar liggen twee spitsen op de palen.'

Vrijdag 22Over de meeste vaartechnische dingen zijn de buren en wij het aardig eens, met één grote uitzondering: buurman vaart op spaarstand en maakt ter compensatie lange dagen, wij draaien liever een beetje door zodat we 's avonds vroeger vast liggen. Door allebei wat water bij de wijn te doen, buurman vaart een tikje harder en wij wat langer, komen we toch in 2,5 dag 'boven'. Daar zit ook wel een grote factor geluk bij: er loopt nauwelijks stroom op de Rhône. Dat was vorig jaar wel anders, begin maart.

Zaterdag 23Waar we ook geluk mee hebben, is dat we momenteel niet in de Seine-regio zitten, waar al sinds dinsdag heftig gestaakt wordt in verband met een wijziging van de vaartijden. Tjongejonge, als je eens uit kon rekenen wat die 'modernisering 'van de bedieningstijden in 2002 alle partijen inmiddels aan tijd en geld gekost heeft… En dat, terwijl zowel de schippers als de sluismeesters heel tevreden waren met het oude systeem. Het zal ons ook niets verbazen als dat over een paar jaar opnieuw uitgevonden wordt door VNF…

Zondag 24Zo'n prachtig weer, dat ik toch maar meefiets van Auxonne naar Poncey. Zonder lekke band maar 'n kippeneindje. Van Poncey naar Heuilley is het jaagpad nu ook grotendeels in ere hersteld, maar dat stuk bewaar ik tot volgende keer. Aan Maxilly staat de bemanning van steunpunt Ray sur Saône al te wachten: vanavond met z'n allen bij de voorburen eten. Op ons moet echt gewacht worden: we blijven enige tijd steken op de befaamde bult-onder-de-brug-in-niemandsland. Dat begint al goed…

Maandag 25Die bult blijkt de eerste van vele, deze ronde: voor de meeste sluizen lopen we omhoog. Dat komt doordat alle panden een centimeter of tien, vijftien verlaagd zijn in verband met automatiseringswerkzaamheden. Het passeren van een geladen afvaart zien we dan ook met enige zorg tegemoet. Volgens de sluismeesters is het viaduct van Oisilly in dit pand de beste plek om elkaar tegen te komen. De voorburen en de afvaart komen daar inderdaad naast elkaar, maar dan is het gedaan. Dus schuift Thijs langzaam vooruit, zodat onze tegenligger een touw bij ons op de kopbolder kan gooien, en Thijs hem met een klap achteruit langs de voorbuurman kan trekken. Voorbuurman gooit vervolgens weer een touwtje op het hekboldertje van onze tegenligger, zodat die dat weer bij ons op de kop kan zetten, als wij ook niet langs elkaar heen komen. Maar dat blijkt niet nodig. Op www.picaro.nl/marnealasaone staat het hele verhaal weer in beeld. (Niet GSM-vriendelijk!)

Reactie van
KVM
Bij het nieuw toegevoegde gedeelte op marnealasaone zijn alleen wat rode kruisjes te zien….
Groeten, Kurt

Dinsdag 26Bij gebrek aan beter hebben we met de kop in de massa overnacht, dus voor de sluis ontwaakt moeten we een stukje achteruit: anders springt hij meteen op dubbel rood, met een schip tussen de detectiecellen. Maar er moet toch nog een depanneur aan te pas komen: de radar heeft ons gisteravond waarschijnlijk niet meer geregistreerd want de deuren blijven dicht. Zodat we pas om acht uur invaren. Niet dat de buurman ons intussen ver uitgelopen is, want bij die automaten duurt het helemaal lang om over de bult beneden de sluis heen te worstelen: bij handsluizen geeft de sluismeester je na verloop van tijd wel een golfje. Doordat Thijs niet meer afstopt voor de sluizen sta ik ook regelmatig te laat in de stuurhut ;-) Naarmate we hoger komen staan de panden gelukkig beter op peil. En krijgen we, voor het eerst in lange tijd, ook weer wat water van boven.

Woensdag 27Kanaalhumor… Bij het uitvaren van een problematische automaat zeggen de dépanneurs gewoontegetrouw: 'A la prochaine!' 'Is die dan ook al in panne?' vraagt Thijs. Tegen de avond valt er weer een sluismeester om van het lachen, als zijn vrouwelijke collega aan de buurman vraagt: 'Voulez-vous coucher ensemble ce soir?' waarop die zijn wenkbrauw optrekt…

Donderdag 28Wij zijn maandagochtend aan Heuilley het kanaal binnen gekomen, de buren van voor-vorig jaar aan Vitry. Ik had willen schrijven dat we 's avonds precies met drie schepen aan de twintig vallen, maar daarvoor moeten de buren toch zelf een sluisje na het uur doen. Dat we deze buren hier weer tegen komen is wel een 'feestje' waard, dus kaasfonduen we 's avonds met z'n tienen in ons roefje.

Vrijdag 29We treffen het weer met onze sluismeesters. De ene hijst boodschappen en fietsen mee aan boord (en rent tijdens het schutten het bos in om narcissen voor me te plukken!), de andere schut ons allebei na half zes nog even af. De brug van Viéville treffen we ook allebei: buurman raakt de uitstekende punt aan bakboord en wij de overstekende rand aan stuurboord. Dat veranderingen hier nou bijna altijd een achteruitgang moeten betekenen!

 Januari
2008
  
 Maart
2008
print-versie